OoginoogmetO

door Svetlana Zakharova

Het gebeurt niet vaak dat ik mijn donkere visie op de situatie van de laatste 20 jaar in Rusland uit de doeken doe. En als dat toch gebeurt, komt er meestal een welgemeende reactie op van ‘denk je echt dat het zo erg is?’, die me monddood maakt. Want het klopt: ik kan er alleen over denken, niet weten. Weten doe je als je daar middenin zit, en ik zit hier, veilig, geborgen, met voldoende inkomen. Hoeveel keer heb ik gedacht en gezegd: moest ik in Rusland gebleven zijn, was ik al lang dood. Niet enkel monddood, dus het is duidelijk een win-situatie, althans voor mij.

Het is niet zo erg om monddood door het leven te gaan. Waar zou ik ook iets zinnigs over kunnen zeggen? Heb ik soms inzicht in de mysterieuze Russische ziel? Snap ik iets van politiek? Van economie? Ik heb niet gereisd, ik heb een nauw studiegebied van literatuurwetenschap bewandeld, ik leef grotendeels in boeken, ik heb mijn verleden aan therapeuten toevertrouwd en doe hard mijn best om mijn loon waardig te verdienen en mijn kinderen niet te verknoeien. Hoe verder het leven in, hoe minder ik te zeggen heb. De onzekerheid neemt toe. Spreek ik de waarheid (wat is waarheid)? Ben ik objectief (wie kan er ooit objectief zijn)? Heeft het zin om mijn mond open te doen (en een andere toevallige samenstelling van atomen toe te spreken)?

Mijn afschuw voor de hypocrisie heeft me uit Rusland gedreven. Niet waar. Neen. Ik ben gewoon een zoveelste schijfje van broodemigratie. Gevlucht van honger en onzekerheid, hoogzwanger, en na inflatie en bankcrisis. De terreur was toen net gedaan en nog niet opnieuw begonnen. Wel was het duidelijk dat ik in Moskou niet zou aarden. Omwille van de discriminatie en onrecht, en het ontbreken van eerlijke kansen op woning en werk. Dat heb ik hier, in België, allemaal teruggevonden: zowel de discriminatie en het onrecht, alsook een kans op werk en een woning en om mijn kinderen van eten te kunnen voorzien. En behalve veel dankbaarheid, draag ik ook een permanente gevoel van immanente vergankelijkheid van het leven mee. Het heeft zo zijn voordelen om ontworteld te zijn. Ik kan best goed relativeren. Ik kan de kleine wonderen waarderen. Ik kan met weinig toekomen en heb geen last van depressies en burn-outs.

Gevlucht – in wezen – voor hypocrisie, en nu met zoveel duidelijkheid her-ontdekt hoe we hier in dezelfde hypocrisie baden. Het raakt ons dat het zo dichtbij is, het dekbed van de oorlog, de mijmeringen, de grijze voelbare spanning in de lucht, de brandstofprijzen. Straten verstillen tegen de avond. Mensen. Wil ik schreeuwen soms. Mensen, dit gaat elke dag door. Gewoon enkele honderden kilometers verder, maar er wordt aan de lopende band gemoord en ont-hecht, volkeren worden uitgeroeid en er zijn nog altijd kindersoldaten. Elk minuut kan een of ander idioot een nucleair wapen afvuren. Maar wij, wij worden pas wakker als het dichtbij is. En we komen vanzelf in een dualistische ongenuanceerde verhaal van juist en fout terecht, waar we weigeren te erkennen dat iedereen even medeplichtig is. Dat Poetin en Zelenskij hetzelfde masker dragen en beiden even onmenselijk zijn. En dat het onze eigen verantwoordelijkheid is want we hebben ze zelf gevoed en gekweekt; ja, dat. Dat kunnen we niet verdragen om te denken.

En hoe het hier ook na nauwelijks drietal weken al insijpelt. Iedereen doet zijn best om vooral niet te vragen wat ik over de oorlog denk. Stel dat ik merk dat ze weten dat ik van Rusland kom. Hoe sommige mensen overdreven beleefd worden. Of andersom, zoals die verzekeringsagent die me schijnbaar zonder aanleiding afblaft: is het gewoon omdat hij een zware dag heeft of omdat ik van Russische afkomst ben? Zal ik het hem vragen?

Of men probeert me te overtuigen dat het hier niet zal gebeuren. Ja, natuurlijk. Ik weet wel dat dankzij het feit dat ik uiterlijk weinig van jullie verschil en jullie taal praat, ik het net iets langer zal kunnen rekken. Of makkelijker onderduiken. Maar het komt, want het is nooit weggeweest. En telkens tot aan de laatste moment blijft iedereen op elkaar inpraten: hier zal het niet gebeuren. Niet met ons. We zijn intelligente mensen met een hart. Maar zoals het voor Rusland weer heel erg ongemerkt te laat was – ondanks alle uitgeslaakte kreten, ondanks alle overduidelijke bewijzen; zo zal het hier ook zijn.

Alhoewel, wie weet. Misschien komt de klimaatcrisis ons eerder oogsten. Want we houden ons liever bezig met virussen en oorlogen, dat is net iets vatbaarder voor ons. Vatbaarder dan het onloochenbare feit dat we, – elk van ons, elke seconde – onze eigen kinderen gewis kelen. Maar dat lijkt iets minder acuut. Dat is een verschrikking die we intussen gewoon zijn.

Hoe dan ook. Neem je tijd korrel per korrel vast. Haal het beeld van je leven dichtbij. Wees aanwezig. Het is zo gedaan.


door Svetlana Zakharova

Back to CONTENTS


tekstbron: inzending ontvangen op 28/03/2022
gebruikt in uitzending RK 2022 03 26

Stuur uw bijdragen (enkel tekst aub, geen prentjes) voor de WEEKBLADEN naar weekbladen@radioklebnikov.be

Ontdek onze CD-collectie
op BANDCAMP!